Maandag poetsdag. Om
maar wat te noemen: stuurlint en zadel met APC, frame met PBW Slick
& Suds shampoo. Ook nog een beetje met Mother's Quickdetailer in de
weer geweest. Gevolg: de Witte blinkt. 'T doet zeer aan je ogen. Dus, er
kan weer fatsoenlijk gefietst worden. De wind is gunstig op dinsdag.
Smerreges uit 't Oosten, smiddigs uit 't Noorden. Om negen uur vertrek.
Twee bidons vol, want het wordt warm. Ook een reservebandje (een ander
als om m'n middel hangt), je weet maar nooit......en omdat je aan een
reserveband zonder lucht niets hebt: een pompje. Je weet maar nooit. Net
buiten Beek en Donk de eerste (en enige) serieuze beklimming van de
dag, een fors viaduct. Met 40 aan 't uur naar beneden. Via de Mortel
gaat 't richting de Rips. Je fietst hier door de Stippelberg. Mooi. Veel
zand ook. Morgen fiets poetsen, duszz. Links van het fietspad stijgen
twee wulpse Wulpen op. Ik weet niet of het de gewone- of de regenvariant
is. Honderd meter verderop zit een buizerd op een paaltje iets op te
peuzelen. Snelle Jelle, of de Jumbo variant? Of z'n duifje?
Vlak
voor de Rips maakt de dennengeur van de Stippelberg plaats voor die van
geinjecteerd gier. Hmm, wat geniet m'n voorkeur.....In de Rips trek ik
ruim tijd uit voor een museumbezoek. Want, een deel van m'n genenpakket
ligt dan wel in de Gruene Gemeynt (Myerle), een ander deel ligt in de
Rips (gewoon laten liggen).
Bosmuseum
De
opa van smoeder was hier boswachter. En ne goeie ok. Hai war van stand,
zinne ze vruger, ons Pirke. Z'n hois is ne keer afgefikt, dè wel. In 't
museum hangt een foto van Pirke. Ook van heel veel andere Peelboerkes.
Ik sla af richting Oploo, en denk een afslag gemist te hebben, want het
heet hier de Friesche Peel. En ik heb nog geen uur gefietst? Iets
verderop: 't defensiekanaal. Vruger dachte ze dè zôn bietje watter en wa
beton den Duitser zô tegehouwe. Nie dus. Mar tis allemoal toch goewd
gekomme.
Defensieknaal
Oploo
is zonder gekheid een leuk dorp. Café Le Marmotte, ik moet er beslist
eens aanleggen. Le Marmotte is een van de zwaardere eendaagse
fietstochten voor jochies zoals ik. De vier grote Alpentoppen uit de
tour in één dag: Telegraphe, Croix de Fer, Galibier en als toetje de
Alpe d'Huez. Het café lijkt mij meer dan voldoende uitdaging. Iets
verderop staat een bordje: touristische route naar sinttunnis (St
Anthonis). Doen! In sinttunnis gaat het verder naar Ledeacker, wat de
afgelopen weken iets minder prettig in het nieuws was. Nu is het er
kermis. Ook niet prettig: Cakewalk, draaimolen en oliebollenkraam. Daar
houdt het dan ook mee op. Via een stel rechte, redelijk saaie wegen,
slechts opgeleukt door opvliegende groenlingen, tuinfluiters, meesjes en
meer van dat grut, gaat het naar Rijkevoort. Qua wind gaat het lekker.
Bietje van bezijes. Dan blie de teller toch wel op 30, 31. Behalve als
je voorband leegloopt. Ach, 't regent niet, 't is lekker weer en we
hebben de tijd. Buitenband ligt er snel af, en het gaatje in de
binnenband is echt klein. Nu is het de bedoeling dat je met je vingers
aan de binnenkant van de buitenband voelt of er nog iets in je band zit
wat er niet thuishoort. Als je je vingers gutsend van het bloed uit je
band terughaalt weet je dat er nog iets scherps in zit. Veel verder gaan
de instructies niet. Er zit niks in de buitenband, dus de (een jaar
geleden geplakte) reserve gaat erin. O ja, volgens mij is die buitenband
aan vervanging toe: ik zie precies waar m'n vingers zich
bevinden....Gaat allemaal vlotjes en al snel klik ik weer in de pedalen.
Tweede argument voor een nieuwe buitenband: ik voel prezies waar de
plakker op de binnenband zit.....gelukkig liggen er al twee Vittoria
Rubino Pro's klaar. 50 km terug is dat. Thuis dus. Via Beers kom ik op
de Wielweg. Tis hier ook al mooi. De Kraayenbergse plassen. Bagger.
Kraayenbergse plassen, baggeren maar
Via
de Cuijksesteeg gaat het naar Escharen, een gehucht aan weer dat
Defensiekanaal, wat hier ‘Raam’ heet. Ook hier veel bunkers. Misschien
komen die hier nog van pas. Overal wordt je gewaarschuwd voor een
agressieve roofvogel. Ik zie 'm niet, maar het is dan ook siëstatijd, zo
ongeveer. De Karweg zou over moeten gaan in de Berg en Dalweg, maar dat
is meer het Berg en Zandpad. Dat doen we dus niet meer, zonder
reservebandje-waar-géén-gaatje-in-zit. We zitten intussen bij de
Langenboomse bossen. Ik zie er maar één. Da's handig, hoef je ook niet
te zoeken naar de goeie. Midden door de bossen kom je dan uit in
Langenboom zelf. In de verte oefent een Hercules zijn approaches op
Volkel. Het is dus niet zo ver meer naar huis. Volgende gehucht: ’t
Oventje. Ligt tussen Zeeland en Volkel.
Oventje
Het
is warm in ‘t Oventje. Vlug doorfietsen dus. De rest van de route is
niet zo interessant, via Volkel en Boekel gaat het naar Gemert. Daar
stroomt de Peelse Loop. Ook die heeft iets te maken met het
Defensiekanaal, want die krietter wa watter van.
Peelse loop
Dan
is het nog 10 kilometertjes naar huis. Dikke 87 kilometers, bidons tot
de laatste druppel leeg. 3 kilo kwijt (ik ga ze niet meer zoeken). Zit
er ook zo weer aan met de BBQ van gisteravond.
De route
Nieuw rubber voor en achter